Rectaal:
De meest betrouwbare manier om de kerntemperatuur te meten is een rectale meting. Dit is een accurate meting en de kans op foutmetingen is gering. Het normale temperatuurbereik loopt van 36,2°C tot 37,7°C.
Oor:
Ook de meting in het oor is een zeer betrouwbare wijze om de kerntemperatuur van het lichaam te bepalen. Hierbij wordt een thermometer gebruikt die de infrarood- straling die door het trommelvlies (Tympanum) wordt afgegeven kan registreren.Dit is een betrouwbare meting met een kleine kans op fouten in de meetresultaten. Het normale bereik is 35,5°C - 37,5°C.
Mond:
Er zijn twee manieren om de temperatuur in de mond te meten. In de wang (""buccaal"") of onder de tong (""sublinguaal""). Deze metingen geven een temperatuur die ca 0,3°C tot 0,8°C lager is dan een rectale meting, waarbij meting onder de tong te verkiezen is boven meting in de wang.
Oksel:
Als er in klinieken lichaamstemperatuur wordt gemeten aan de huid is dat onder de oksel of in de lies. Daarbij wordt de arm of het been tegen het lichaam gedrukt om de invloed van de omgevingstemperatuur te verminderen. Dit heeft maar een beperkt resultaat, en verder heeft deze methode het nadeel dat zij lang duurt. Bij volwassenen is meting onder de oksel 0,5°C tot wel 1,5°C lager dan de rectaal gemeten temperatuur! Bij jonge kinderen is het verschil tussen meting onder de oksel en rectaal veel kleiner.